Zwart steekt de nacht af
tegen heldere sterren
’n herinnering aan t verre
begin dat ons ooit leven gaf.
In de rust van de stilte,
blikken die elkaar vinden
en handen die verbinden,
samen tegen de aanzwellende kilte.
De telefoon verbreekt het moment
en voelend weten we wat komen gaat
wanneer de woorden met haperend beven
zich boren in oren met kracht die z’n weerga niet kent
en zo de grond onder onze voeten wegslaat
en kanker keihard terugkeert in ons leven.